Advanced textile programme

Schrijf je in voor het excellentieprogramma

Heb jij maximaal drie jaar geleden je opleiding afgerond? Altijd al eens in het TextielLab willen werken? Of beter gezegd: experimenteren? Je kunt je de hele maand nog inschrijven voor het Advanced Textile Programme van het TextielLab. Dit is dé kans om je textiele talent te ontwikkelen.  

Het TextielLab heeft invloed op carrières. Wie in het lab een lesprogramma volgt, stage loopt of een afstudeerproject doet, gaat daarna vaak door met textielontwerp. En met succes: denk aan Borre Akkersdijk, Aliki van der Kruijs, Lenneke Langenhuijsen, Satu Maaranen of Robin Pleun Maas. Zij stonden als student al achter de machines in het lab en raakten zo geïnspireerd door wat ze ontdekten dat ze de verdieping zochten. Om nog meer jonge ontwerpers de kans te geven om zich te specialiseren en professionaliseren in dit veld, start het TextielLab in maart met een nieuw programma voor aanstormend talent.

De diepte in
De pilot van dit ‘Advanced Textile Programme’ biedt plek aan zes jonge makers die tien weken aan de slag gaan met duurzaam weven en breien. De focus ligt daarbij op experimenteren, leren en kennis uitwisselen. “Het gaat niet om het maken van een eindproduct, maar om het onderzoeken van technieken, materialen en concepten,” zegt projectleider Michelle Baggerman. “Het startpunt mag klein zijn, maar het is wel de bedoeling dat je daarmee met een onderzoekende houding de diepte ingaat. De uitkomsten zijn niet van te voren te voorspellen.”

Shades of sustainability
Het programma begint met vier weken ‘werken op afstand’ waarin de deelnemers worden voorbereid op hun labtijd met online presentaties en workshops, een inkijkje in het thema –‘shades of sustainability’ – en in innovatieve weef- en breitechnieken. Na die periode volgen twee weken in het lab zelf, waarin volop geëxperimenteerd wordt aan de machines. “Dan krijg je toegang tot alles wat we in huis hebben,” aldus Baggerman. “De machines, de bieb, de garenbank, de sample studio, de collectie. Maar ook tot de pro’s in en rondom het lab, dat maakt het extra waardevol. Deelnemers worden bijgestaan door een aantal ‘masters’, waaronder een gevestigd kunstenaar, een expert uit de industrie, en een productontwikkelaar. We zijn ontzettend blij met de kunstenaar die deze eerste editie wil begeleiden: Otobong Nkanga! Zij is betrokken bij de selectie van de deelnemers, reageert op hun werk gedurende de werkperiode en geeft ook een lezing over haar eigen werk. Kortom: dit is een supertoffe kans om op een unieke plek samen te werken met een bijzonder team van experts.”

“Een supertoffe kans om op een unieke plek samen te werken met een bijzonder team van experts.” – Michelle Baggerman

Springplank
De details zijn te vinden op textiellab.nl. De drempel wordt laag gehouden, zowel qua eigen bijdrage als papieren: “We willen een springplank zijn voor jonge makers. Het portfolio en je motivatie zijn belangrijker dan een diploma,” aldus Baggerman. “Verdiep je van tevoren goed in wat het lab en museum te bieden hebben, bedenk hoe je hier gebruik van zou willen maken en ook wat jij denkt te kunnen brengen.” Bij de beoordeling van de inzendingen wordt ook gekeken naar diversiteit in specialisaties en achtergrond, zodat er een gevarieerde groep deelnemers ontstaat die van elkaar kunnen leren. In mei wordt de selectie bekendgemaakt. Dit keer beperkt die zich tot Europa, maar de intentie is om het bereik de komende jaren uit te breiden. Het is een programma in ontwikkeling, de pilot is ook voor het TextielLab een eerste oefening.  

Documenteren en uitwisselen
Het daadwerkelijke werkprogramma loopt van half september tot eind november en wordt afgesloten met een gezamenlijke presentatie, waarbij het TextielMuseum de resultaten breed zal verspreiden. Omdat kennisuitwisseling een belangrijk doel is – zowel onderling als met de masters in het lab – wordt tijdens het traject veel aandacht besteed aan documentatie. Baggerman: “We willen elk jaar voortbouwen op wat er de jaren daarvoor is gedaan en ontdekt. Een community vormen waaruit misschien wel weer nieuwe masters voortkomen. De weg van student naar professional is niet eenvoudig, dit programma wil daar een handje bij helpen.”